Boekpraat.nl
Henk Hagenberg - mijn beste boeken, samengevat
 

Anthony Beevor 

Crete – the battle and the resistance
1991 Paperback edition 2005 John Murray (Publishers)
383 pagina’s  (samengevat juli 09) 

Antony Beevor (1946)

 

 

 

 

Eerder had ik al eens Stalingrad van Beevor gelezen; misschien ten onrechte staat me daarvan bij, op den duur het spoor bijster te zijn geraakt in de gedetailleerde veelheid van militaire eenheden, bevelhebbers, locaties en manoeuvres. Anderzijds: juist dezer dagen kreeg Beevors nieuwste boek D-Day zeer lovende kritieken. Dus op vakantie in Kreta (met onze Amerikaanse vrienden Gene en Carole) het toch maar weer eens geprobeerd met zijn wat oudere boek over de slag om Kreta in 1941. 

De val van Griekenland
In oktober 1941 werd Griekenland vanuit het Noorden, via Albanië, aangevallen door het fascistische Italië. De inval had de zegen van Hitler als passend bij de verdere verovering van continentaal Europa en – na de verloren Slag om Engeland - de nieuwe perifere strategie om het Britse Rijk af te knijpen via Gibraltar, Griekenland en het Suez kanaal. Hitler had echter onvoldoende rekening gehouden met Mussolini’s flair voor militaire fiasco’s. Al na enkele dagen stokte het Italiaanse offensief en gingen de Grieken in de tegenaanval. Tezelfdertijd bracht de Royal Navy een vernietigende slag toe aan de Italiaanse vloot in de Golf van Matapan c.q. Taranto. Cruciaal voor dat succes was dat de Engelsen de Duitse Enigma code gebroken hadden en vanuit Bletchley Park hun bevelhebbers accurate, supergeheime (zogenoemde Ultra) intelligence konden verschaffen.
In Noord Afrika had het Engelse leger een aantal zwakke Italiaanse divisies voor zich uit gedreven en er was in februari weliswaar een Duitse contigent gearriveerd maar alles afwegend meende Churchill dat een Engels expeditieleger in Griekenland, hopelijk met steun van Yugoslavië en Turkije, de Balkan kon behouden voor de Duitse expansie. Daarbij speelde een belangrijke rol de door hem sterk gevoelde morele plicht een bondgenoot te hulp (te kunnen) schieten en de beïnvloeding van de Amerikaanse publieke opinie. Vanaf eind februari werden ruim 58.000 Engelse, Australische, Nieuw Zeelandse en Kretenzische troepen overgebracht naar Noord Griekenland. De sfeer was optimistisch maar de motorisering gebrekkig en de ondersteuning door de RAF telde minder dan 100 gebruiksklare toestellen. Op 6 april 1941 begonnen de Duitser hun offensief met een enorme overmacht en een zwaar bombardement op Belgrado. De Blitzkrieg ging razendsnel: de 800 kilometers naar Athene werden in 16 dagen afgelegd. De Grieken gaven zich over. De Engelse en de gemenebest troepen hadden geen schijn van kans. De Kretenzische 5e divisie (hun enige!) werd gevangen genomen. Veel materieel ging verloren. Het enige lichtpunt was dat 44.000 man konden ontsnappen ondanks de luchtsuperioriteit van de Luftwaffe. 

 Het plan van aanval: Unternehmen Merkur
De Engelse vloot beschermde het strategisch belangrijke Kreta – de Duitsers zouden alleen vanuit de lucht een aanval kunnen wagen. Tot dan waren parachutisten uitsluitend voor kleine verrassingsaanvallen

Gen. Kurt Student

ingezet en Hitler was dan ook zeer sceptisch toenHerman Göring en Fallschirmjäger General Kurt
Student hun plan voor een grootscheepse invasie
voorlegden. Tenslotte ging hij akkoord met operatie Merkur: ondersteund door de luchtvloot van Wolfram von Richthofen (berucht van Guernica) van bijna 600 verschillende gevechtsvliegtuigen, zouden 500 Ju-52 transporttoestellen de ruim 8.000 parachutisten overvliegen naar drie landingplaatsen in het Noordoosten van Kreta: de streek rond Canea, met in het bijzonder het vliegveld Malene, en de havenplaatsen Rethymno en Heraklion. Duitse luchtverkenningen hadden in het gebied geen recente Britse versterkingen waargenomen en dus werd aangenomen dat de uit Griekenland teruggetrokken troepen naar Caïro waren overgebracht. Verder dachten de Duitsers dat ze hartelijk welkom geheten zouden worden door de inheemse bevolking. (à la de Amerikaanse verwachtingen in 2003 in Irak) Beide veronderstellingen bleken er faliekant naast te zitten.

Gen. Bernard Freyberg

De Gemenebest bevelhebber op Kreta, de in Engeland geboren Nieuw Zeelandse generaal Bernard Freyberg, was gefixeerd op het idee dat de invasie zou plaats vinden vanuit zee. Elke ‘for your eyes only’ Ultra boodschap werd door hem, even volhardend als onbegrijpelijk, in dat licht gelezen. Troepen en artillerie werden in overeenstemming hiermee opgesteld. 

De verovering van Kreta
Op 21 mei 1941 vroeg begonnen de luchtlandingen. Op het zwak verdedigde vliegveld van Malene verliep het redelijk. In vrijwel alle andere dropzones werd het een bloedbad. Neerdalende parachutisten werden als eenden uit de lucht geschoten of op de grond afgemaakt, zowel door de Gemenebesttroepen als door lokale francs-tireurs. Aan het eind van de dag dachten de Duitsers dat ze bij eventuele tegenaanval opgerold zouden worden. Maar er kwam geen tegenaanval, integendeel. D oor een combinatie van slechte communicatie, dommigheid, traagheid en vooringenomenheid over een landing uit zee, werd ’s avonds de enige Britse eenheid die de airstrip van Malene kon beschieten, teruggetrokken.
De Duitsers profiteerden daarvan direct met een grote en pünktliche

JU-52's (Tante JU) klaar voor transport

luchtbrug voor reguliere troepen en materieel.
Een Engelse tegenaanval in de nacht van 22 mei was too little and too late. Bovendien werd de Royal Navy die dag door de Luftwaffe zwaar toegetakeld.
Een paar dagen later dreigden Duitse troepen vanuit Malene/Canea de resterende Engelse posities langs de kust te omsingelen en zag Freyberg zich gedwongen de evacuatie te bevelen. De slag was verloren ondanks een numerieke overmacht.
Voor generaal Student was het een bittere overwinning: zijn elite divisie verloor meer dan 3000 van de 8000 parachutisten, een groot aantal gewonden en 150 van de 500 transportvliegtuigen. Hitler trok de conclusie dat een dergelijke suïcidale aanval nooit meer door het Duitse leger uitgevoerd zou worden. De divisie werd ontbonden en de manschappen overgeplaatst naar het Oostfront. Jaren later bij airborn operatie Overlord werd, o ironie, de Duitse verdediging bij Arnhem geleid door diezelfde generaal Student. 

Vergelding en verzet
De Duitsers waren, om het mild te zeggen, onaangenaam verrast door het Kretenzische verzet. Meteen na de moeizame invasie gingen er verhalen rond over gemartelde en vermoorde parachutisten. Zoiets viel buiten de militaire code van de toch al geprikkelde Pruisische officieren, ze zagen niets legitiems in guerrilla’s of francs-tireurs. Elk verzet werd daarom beantwoord met harde represailles, waarbij duizenden Kretenzers het leven verloren en tal van dorpen in de as werden gelegd. In de praktijk controleerden de Duitsers de steden terwijl het bergland beheerst werd door lokale capo’s als Satanas en Bandouvas, soms in samenwerking met Engelse agenten zoals Patrick Leigh Fermor en John Pendlebury. Militair stelde het allemaal niet zoveel voor.
Met het oprukken van de geallieerden in Rusland, Italië en Normandië raakten de Duitsers op Kreta geï soleerd. In 1945 konden zij zonder bloedvergieten vertrekken. 

Beevors oordeel
Het boek leest goed en is uitstekend gedocumenteerd. Dat Beevor Engels officier is geweest merk je; bij hem vechten de Tommies altijd splendid. Bon mots en flegmatieke anekdoten zijn onveranderlijk Angelsaksisch. Bij de SOE (Special Operations Executive) werkten romantische figuren zoals Peter Fleming de broer van de schrijver van James Bond en Alistair Maclean, het rolmodel van 007. De Grieken en Duitsers blijven vaak schimmig; maar Beevor schrijft met veel sympathie over vechtlustige, individualistische en altijd gastvrije Kretenzers.
Maar hij wijst ook nadrukkelijk op de toenmalige Britse incompetentie, het vastgeroeste standverschil en de hypocrisie. In de zes maanden dat de Engelsen verantwoordelijkheid waren geweest voor de defensie hadden ze nul voorbereidingen getroffen. Alleen Engelsen mochten op Engelse boten uit Kreta vluchten. Bij de evacuatie hadden officieren vaak voorrang. Aan Kretenzische strijders werden geen uniformen uitgereikt waardoor ze bij gevangenneming rechteloos waren.
Het was geen fraaie episode. De Duitsers waren overmoedig en moesten hun slechte intelligence met veel bloed betalen. De Engelsen vochten fel maar de bevelvoering was verwaten en onbekwaam. Beide kampen maakten tal van inbreuken op het Geneefse oorlogsrecht.
Nut had Kreta niet. Rommel moest toch Afrika opgeven. En Beevor herinnert er aan dat de militaire historicus Martin van Creveld overtuigend heeft aangetoond dat er geen sprake was van vertraging van operatie Barbarossa door Merkur in de zomer van ’41.