Boekpraat.nl
Henk Hagenberg - mijn beste boeken, samengevat
 

Studeren in Amsterdam

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Feiten over integratie

Aantallen allochtonen

CBS definitie: allochtoon is iemand die zelf in het buitenland geboren of van wie dat geldt voor één van de ouders.

- Nederland 3,3 miljoen allochtonen op 16,2 Nederlanders = 20%; aantal niet-westerse allochtonen (Turkije, Afrika, Latijns-Amerika en Azië m.u.v. Japan en Indonesië) in 35 jaar meer dan vertienvoudigd van 160.000 naar 1,8 miljoen = 11%

- daarvan 2/3 (= 7½ %) bestaande uit de 4 klassieke allochtone groepen: Turken (380.000), Marokkanen (350.000), Surinamers (350.000) en Antillianen (170.000)

- onder de overige niet-westerse allochtonen bevinden zich twee zwakke groepen: 50.000 Irakezen en een klein aantal Somaliërs.

- moslims: 800.000 = 5% van de bevolking c.q. 50% van alle niet-westerse allochtonen; het overgrote merendeel Turken en Marokkanen beschouwt zichzelf moslim.

 - één op de twee niet-westerse allochtonen woont in de grote stad; Amsterdam, Rotterdam en Den Haag: 35%, Utrecht 20%. Andere concentratie steden: Almere, Gouda, Eindhoven, Enschede. Verder 50 buurten (van de 5000) met meer dan 50% allochtonen

Taal

Taalverwerving gastarbeiders geremd door gezinshereniging en klonteren in etnische wijken, overigens een klassiek verschijnsel.(Amish, Little Italy etc.) Daardoor isolement met name van eerste generatie vrouwen. Maar gezien leeftijd en achtergrond ‘jammer maar helaas’.

Voor de tweede generatie geldt dat Nederlands primaire taal is. Marokkanen spreken voor 90% onderling Hollands, Turken voor 60%. De spreektaal Berbers verdwijnt, Turken identificeren sterker dan Marokkanen met land van herkomst. 

Onderwijs

Verhagen benadrukt de relatieve vooruitgang t.o.v. de zwakke eerste generatie gastarbeiders. Grosso modo gaan allochtone kinderen langzaam vooruit maar sneller dan de arbeiderskinderen in de jaren vijftig en zestig. Chinese en Iranese kinderen excelleren terwijl Marokkaanse en Antilliaanse jongens onder - en Turkse kinderen vèr onder - het gemiddelde presteren. De toenemende scheiding tussen witte (rijke) en zwarte (arme) basisscholen is een grote hinderpaal en lastig te verhelpen. Controlled choice (een mix van tot 30% kinderen uit achterstandsgezinnen) is in de praktijk onhaalbaar. Thans is de achterstand op basisscholen nog erg groot,Turkse kinderen hebben 2 jaar taalachterstand. Rekenen gaat beter.

Doorstroom allochtonen naar Havo/VWO is 25% versus 50% voor autochtonen. Het leeuwendeel van allochtonen leerlingen gaat naar VMBO en dan ‘drempelloos’ naar het MBO, maar 50% haalt geen startkwalificatie. Leerachterstand, spijbelen en verveling werken funest door. Dat is overigens eerder een onderwijs- dan een integratieprobleem en mede gevolg van vroege leerweg selectie, zwakke basisscholen en te theoretisch beroepsonderwijs. Kwetsbare leerlingen als allochtonen zijn hiervan de dupe, hun hardnekkige uitval is tweemaal zo hoog als die onder autochtonen. (Een pragmatische, op-maat aanpak van zwarte scholen met bijv. extra uren voor bijlessen en huiswerk is broodnodig maar de belemmeringen van het educatieve establishment zijn formidabel.)

Er zijn ook successen. Van alle tweede generatie niet-westerse allochtonen ging in 2008 een evenredige groep (12%) naar het hoger onderwijs. Deelname van allochtone vrouwen in HBO en WO is verdubbeld sinds 2000! Kennelijk wordt deze route benut om te emanciperen zonder vervreemding van gezin en familie. Maar Turkse en Marokkaanse mannen blijven achter: speelt hier weerstand tegen verkazing een rol? (vergelijk acting white van Afro-Amerikanen) 

Arbeidsmarkt

Vanaf  jaren 80 werden oudere werknemers in de WAO gedumpt: dat liep spoedig uit de hand en pakte slecht uit voor de integratie van gastarbeiders. Het vangnet van de verzorgingsmaatschappij werd voluit benut. Anders dan in de VS was hier weinig aanbod van, noch dwang tot, laag betaalde service banen zoals bij McDonald’s of als taxichauffeur. Destijds vond iedereen dat heel sociaal (‘geen Amerikaanse toestanden’), nu weten we dat het lui, probleem vermijdend en onhoudbaar kostbaar was. (Lubbers in 1990: ‘Nederland is ziek!’)

Aantasting van verworven rechten is meest bedreigend voor laagopgeleiden met een bescheiden maar zekere baan: minstens 30% van de bevolking. Geen wonder dat anti-Europese en anti- allochtonen sentimenten vooral sociaal bepaald zijn.

Komen immigranten vanwege de verzorgingsstaat? Soms wel, bijvoorbeeld de Polen, maar dan slechts tijdelijk. Meestal om andere redenen: de USA is nog steeds een migratiemagneet maar toch bepaald niet vanwege de sociale voorzieningen.

De huidige arbeidsloosheid van Turken en Marokkanen tussen 25 en 45 jaar is 40% (autochtonen 14%): vreselijk hoog, wel goeddeels verklaarbaar door de niet-werkende echtgenotes. Door de hoge uitkeringsafhankelijkheid en oververtegenwoordiging in werk met laag aanzien, is hun maatschappelijk prestige gering.

Bij de tweede generatie is de arbeidsparticipatie omstreeks 80%, vergelijkbaar met die van autochtonen. Maar de jeugdwerkeloosheid is met 21% wel het dubbele van die van autochtone jongeren maar lager dan voorheen.

Waar Verhagen nauwelijks op in gaat is dat onder hoogopgeleide allochtonen teleurstelling ervaren wordt over het trage tempo van integratie. Ze voelen zich wel geïntegreerd maar niet geaccepteerd.  

Religie

In het algemeen voelen jongeren zich moslim maar gaan niet vaak naar de moskee. Er zouden echter wat tekenen zijn dat jonge Marokkanen weer meer naar de moskee zouden gaan. Tijdelijk of signaal van vervreemding? 

Criminaliteit

Criminaliteit is hoog bij 10-17 jarige Marokkanen en Antillianen: 16% resp. 14% is/wordt verdacht, bij autochtonen 3%. Maar autochtonen van die leeftijd zijn ook geen lieverdjes, denk aan Lonsdale types, Ajax, Feyenoord en Utrecht hooligans.

Oorzaken: lage sociaaleconomische positie en gebrek sociale controle bij de groep en in het gezin. Vaders hebben geen voorbeeldfunctie meer. Moeders taalarm. Jongens gaan leven volgens de moraal van de straat, als ongeleide projectielen. Gezinssituatie aanpakken? Hoe? Zero tolerance zou zeker helpen. Verder voorkomen schooluitval (herinvoering ambachtschool) en hulp vinden arbeidsplaats. Onvermijdelijk is het ook een perceptieprobleem. Een groep mediterrane jongens in zwarte jacks met bontkragen doet huiveren. Is dat een sociaal construct? Volendam stemt PVV maar er wonen geen allochtonen. En in Zaltbommel, met 26.000 inwoners waaronder duizend niet westerse allochtonen, en zegge en schrijve 26 raddraaiers, zegt toch 40% dat moslims een probleem zijn. Helaas, nuchtere feiten kunnen de beeldvorming op korte termijn niet ten positieve veranderen. Criminele jongeren belasten de beeldvorming enorm.  

Beeldvorming

Tussen 1995 en 2005 aanzienlijk verslechtert. Hoofddoekjes worden door 43% gezien als teken van onwil tot integratie. 42% meent dat niet westerse allochtonen gemakkelijk naar geweld grijpen om problemen op te lossen. 

Ruimtelijke en sociale scheiding

In 1998 waren er 23 ‘zwarte’ wijken, in 2008 49 wijken met in totaal 500.000 inwoners. Ondanks de betere beheersing van het Nederlands remt dat het contact met autochtonen, maar daar staat de vertrouwdheid tegenover. Bovendien zijn onderwijs, werk en generatie belangrijker contactbepalende factoren. In Amsterdam en Rotterdam is een kleine 40% van de basisscholen door de woonconcentratie, zwart; dat is wel slecht: zie boven. 

Huwelijksmigratie

Trouwen met importpartner is afgenomen van 60% in 2001 tot 15% in 2007. Intermarriage nog gering bij Turken en Marokkanen. Surinamers en Antillianen kost het minder moeite. 

Aantal kinderen, leeftijd eerste kind

Vergelijkbaar met autochtonen 

Rolmodellen

Er zijn helaas nog geen gezellige ‘Chinatown-achtige’ allochtone wijken. Bos en Lommermarkt een beetje. Wel geleidelijke invloed bijv. kebab, rapmuziek, Ali B, Prem Radhakishun, Shouf Shouf Habibi  en veel Marokkaanse schrijvers. Een Nederlandse Oprah komt ook wel. Moet je sport mengen? Wat is er tegen gezellig onder elkaar? Topsport is al geïntegreerd, de rest komt vanzelf. Tiger Woods en Lewis Hamilton zijn ook pas van recente datum. 

Conclusie CPB: De verschillende ontwikkelingen wijzen op een enorme variëteit, die het onmogelijk maken te zeggen of de integratie is geslaagd of juist mislukt. Er is vooruitgang, maar ook sprake van hardnekkige achterstand en forse problemen. Zowel degenen die stellen dat het met de integratie de foute kant op gaat als zij die menen dat Nederland een integratiemachine is, presenteren een eenzijdig beeld.

 

 

Vrees voor Marokkaanse jongeren.
Foto Ruud Zilvold 2010